SV | Die het recht van den wees en van de weduwe doet; en den vreemdeling liefheeft, dat Hij hem brood en kleding geve. |
WLC | עֹשֶׂ֛ה מִשְׁפַּ֥ט יָתֹ֖ום וְאַלְמָנָ֑ה וְאֹהֵ֣ב גֵּ֔ר לָ֥תֶת לֹ֖ו לֶ֥חֶם וְשִׂמְלָֽה׃ |
Trans. | ‘ōśeh mišəpaṭ yāṯwōm wə’aləmānâ wə’ōhēḇ gēr lāṯeṯ lwō leḥem wəśiməlâ: |
Die het recht van den wees en van de weduwe doet; en den vreemdeling liefheeft, dat Hij hem brood en kleding geve.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
Die het recht van den wees en van de weduwe doet; en den vreemdeling liefheeft, dat Hij hem brood en kleding geve.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!